Blij, blij, blij bij het uitlaten.

Op een wandeling in de bergen van Frankrijk.

Pepsi was ziek. Ineens. En het ging heel snel.
Donderdagavond wilde hij niet eten, de nacht erop heeft hij het hele huis onder gespuugd. Vrijdag ben ik met hem naar de dierenarts gegaan waar hij ook overgaf. Het stonk naar ontlasting en dat is helemaal niet goed. Pepsi verslechterde zo snel dat ik die avond nog de knoop moest doorhakken en ik hem heb laten gaan. Hij was ook zo weg dus een operatie zou hij misschien niet eens overleefd hebben.
Mijn vriendin was erbij, het was ook een beetje haar hondje. Zij kon ook alles met hem en ze waren dol op elkaar.
Hij is op mijn schoot en in mijn armen weggegleden. We zagen de rust over hem komen en de pijn uit hem trekken. Het was een goede beslissing, maar wat doet het pijn
Oh wat mis ik hem. Mijn zorgenkindje, mijn allessie. Pepsi was een lastpak voor anderen maar wij konden met zijn tweeën lezen en schrijven.
Als ik de clicker tevoorschijn haalde om te trainen puilden zijn ogen bijna uit zijn hoofd van plezier.
Elke week gingen we speuren, dat was echt zijn spelletje. Feilloos volgde hij sporen door het bos, over slootjes en door braamstruiken. Ik kwam steevast met spierpijn het bos uit.
Hij heeft het niet gemakkelijk gehad maar ik hoop dat hij bij ons nog een paar fijne jaren heeft mogen hebben. Lekker trainen, mee op vakantie naar Frankrijk, mee op visite, lekker wandelen...
Toen ik Pepsi leerde kennen was hij 1,5 jaar oud en had hij in een tuin gezeten met een blafband om. Totaal van het padje. Zijn ogen stonden kats verkeerd, het schuim stond op zijn bek, hij beet mensen en vermoordde honden, had voernijd in extreme mate en ging dingen doen om maar geen contact te hoeven maken met mensen, behalve met mij. Niks geleerd en totaal gefrustreerd. Hij stond op de nominatie om te gaan hemelen maar dat kon ik niet laten gebeuren en ben met hem gaan werken. We hadden namelijk direct een klik.
De eerste keer dat hij lekker los in het bos mocht rennen struikelde hij over zijn eigen benen, zo weinig bespiering en ongecoördineerd.
Naarmate de tijd, de training en mijn geduld vorderde werd hij een vrij goede hond. Weliswaar met een gebruiksaanwijzing, maar goed te handelen voor mij. Hij beet geen mensen meer, hij viel geen honden meer aan uit het niks, met voeren deed hij niet meer zo moeilijk. Natuurlijk kon hij nog staan te patsen bij een andere reu maar ik kon hem daar goed van weg roepen. Wel bleef hij moeilijk te lezen voor anderen en veel mensen vonden hem toch een beetje eng. Maar voor mij was het een heerlijke, eerlijke hond. Mijn vriendje.
Lieve Peps, het spijt me zo dat ik je niet kon redden. Ik mis je lieverd
Je hebt nu geen pijn meer. Ik hoop je over een tijd weer in mijn armen te kunnen sluiten.















